Famille Hugel

In de 18e en 19e eeuw kreeg de familie Hugel een supergoede naam door hun wijnbouw en hoe zorgvuldig ze hun wijngaarden verzorgden.

In 1902 verliet Frédélic Emile Hugel het oude familiebezit en vestigde zich in het centrum van Riquewihr, waar het hart van het familiebedrijf nog steeds ligt.

In de Elzas wordt al meer dan 2000 jaar wijn verbouwd. Dankzij de nabijheid van de Rijn, destijds de belangrijkste verkeersader van Europa, werden de Elzaswijnen geëxporteerd naar Nederland, België, Scandinavië en Engeland, waar ze zeer gewaardeerd werden.

Tot het begin van de 17e eeuw was de Elzas de grootste en bekendste wijnstreek van het Heilige Roomse Rijk.

Na 1918 zetten wijnbouwers zoals Frédéric Emile Hugel de eerste stappen om de wijngaarden van de Elzas te redden van plagen. Zijn zoon Jean zette de strijd voort. Dankzij hun doorzettingsvermogen en harde werk werd bewezen dat de wijnen uit de Elzas een plekje verdienen tussen de beste wijnen ter wereld. Hun drie zonen, Georges, Jean en André, hebben precies hetzelfde gedaan en hebben officiële erkenningen gekregen, zoals "Vendange Tardive" en "Sélection de Grains Nobles".