Champagne Faniel & Fils

De oprichter was André Faniel, die na een eerste baan in de transportsector besloot om zijn jeugddroom waar te maken, ondanks de moeilijke tijden net na de Tweede Wereldoorlog, toen de Champagne niet meer zo populair was als vroeger.

Toen André met pensioen ging, liet hij een wijngaard van zes hectare na aan zijn drie kinderen, die deze uitbreidden tot acht hectare. Van hen was het Jacques die na André's pensionering samen met zijn vrouw Brigitte een nieuwe impuls gaf aan de geschiedenis van het wijnhuis . Ze doopten het project om tot Faniel & Fils, als eerbetoon aan hun zoons Romain en Mathieu.

Sinds 2008 helpt Mathieu zijn ouders. Een oud architectonisch element is bijzonder belangrijk geworden: een 17e-eeuwse pastorie in het hart van Cormoyeux, waar prachtige gewelfde kelders zijn die de wijnen in optimale omstandigheden bewaren.

Dankzij de kennis en technieken die hij heeft opgedaan tijdens zijn uitgebreide professionele ervaring in verschillende Franse wijngaarden, brengt Mathieu een nieuwe visie op het domein zonder de traditie van zijn voorouders te verloochenen.

Tegenwoordig ligt de wijnmakerij aan de toeristische route van de Champagne, in Cormoyeux, een plaats met een unieke ligging die het een bijzondere charme geeft, met heuvels die de vorm van een prachtig natuurlijk amfitheater hebben en een geweldig uitzicht bieden op de rivier de Marne.

De wijngaard van Faniel & Fils ligt op het zuiden en krijgt dus veel zon, waardoor de druiven goed kunnen rijpen. De bodem bestaat voornamelijk uit klei en krijt, waardoor het water en de sporenelementen die nodig zijn voor een goede teelt van de verschillende druivensoorten goed worden vastgehouden. 

De familie Faniel werkt er hard aan om in harmonie met de natuur de gezondste en beste druiven te produceren door technieken te gebruiken die de impact van de mens aanzienlijk verminderen. Bovendien werken ze als wijnbouwers alleen met hun eigen druiven. 

;

In de kelders van de oude pastorie staan grote vaten met het sap van de verschillende percelen, waar elke cuvée ontstaat door het combineren van wijnen van verschillende jaargangen en druivensoorten.

Zodra de coupage is gestabiliseerd, wordt deze gebotteld en opgeslagen in de kelders en in de kelder van de pastorie, waar de wijnen een tweede gisting ondergaan. Daarna blijven de flessen zo lang als nodig is in de kelder totdat ze rijp zijn, volgens de langzame en nauwkeurige stappen die de cuvées in staat stellen hun unieke karakter tot uitdrukking te brengen.